Een dijkversterking is een flinke klus, dus veel bewoners langs de dijk gaan hier hinder van ondervinden. Hinder kan optreden in de vorm van geluid, trillingen, stof, licht en verminderde bereikbaarheid. We nemen tijdens de uitvoering maatregelen om de soorten hinder zo veel mogelijk te beperken. Eén van de belangrijkste maatregelen is dat bulkmaterialen, zoals zand en klei, over het water worden aangevoerd en via tijdelijke bouwwegen naar de dijk worden getransporteerd. Toch valt hinder tijdens de dijkversterking niet uit te sluiten.
We treffen maatregelen om geluidshinder door bouwverkeer en materieel zoveel mogelijk te beperken. De meeste werkzaamheden vinden plaats tussen 07:00 uur en 19:00 uur. Voorwaarde is dat de werkzaamheden binnen de geldende wettelijke geluidskaders passen, of dat we hiervoor ontheffing aanvragen. Bijvoorbeeld voor werkzaamheden op bestaande wegen. Dit zal incidenteel ’s nachts en/of in het weekend plaatsvinden.
Hinder door trillingen kan bijvoorbeeld voorkomen bij het aanbrengen van damwanden. Als er damwanden worden aangebracht vlakbij panden is er gekozen voor stalen damwanden, deze kunnen trillingsarm (drukkend) aangebacht worden. Een tweede oorzaak van trillingshinder tijdens de werkzaamheden is het bouwverkeer. Afhankelijk van de kwaliteit van het wegdek (inclusief ondergrond) en de afstand tot bebouwing, kan de aan- en afvoer van materiaal en materieel trillingshinder geven. Ook inzet van materieel binnen het werkgebied van de dijkversterking kan zorgen voor trillingen in de omgeving. Het materieel bestaat uit o.a. dumpers, tractors, graafmachines, bulldozers, verdichtingswalsen, shovels, vrachtauto’s en asfaltmachines. Ook via de bestaande wegen zal transport van materiaal plaatsvinden. Om de trillingshinder van het bouwverkeer te beperken maken we zoveel mogelijk gebruik van de binnen- en buitendijkse werkwegen langs de dijk en stellen we eventueel zones in waar bouwverkeer langzaam moet rijden.